Enorme CO₂-reductie Pieter van den Hoogenband Zwemstadion

Het gasverbruik van het zwemstadion gaat met ca. 450.000 m3 per jaar (80%) omlaag. Bij de nieuwbouw van Nationaal Zwemcentrum de Tongelreep kan jaarlijks ca. 300.000 m3 aan gas worden bespaard. Totaal een besparing van 750.000 m3 gas. Dat betekent een flinke reductie van de CO₂-uitstoot. De waterpompen draaien niet meer op gas, maar krijgen stroom van 3400 zonnepanelen die op de daken zijn geplaatst. Dit past in het ambitieus klimaat- en energieplan met doelstellingen om de CO₂-uitstoot terug te dringen.

De totale kosten van het project bedragen bijna € 1,5 miljoen euro. De provincie heeft voor dit unieke project subsidie van € 125.000 beschikbaar gesteld. Daarnaast is door het Rijk voor eerste 15 jaren een exploitatiesubsidie van ruim € 1,3 miljoen het vooruitzicht gesteld. Dat maakt het project niet alleen duurzaam, maar ook betaalbaar. De jaarlijkse besparing op energielasten is groter dan de jaarlijkse kosten van de investering. Bovendien dekken de zonnepanelen die vanuit het project Slim Verduurzamen Vastgoed zijn gelegd ruim het extra elektriciteitsverbruik van de warmtepompen.

Het project voor het Eindhovense zwemstadion is bijzonder in zijn soort. Door een gunstige samenloop van omstandigheden: de aanwezigheid van het grootste waterproductiebedrijf  van Brabant Water in combinatie met een zwemcomplex met een enorme warmtevraag. “De jaarlijkse warmtevraag van het complex kun je vergelijken met dat van 450 woningen”, vertelt wethouder Stijn Steenbakkers van de gemeente Eindhoven. “Het is daarom voor de hand liggend om te kijken naar een duurzame oplossing om aan deze warmtevraag te voldoen. Onze buren van Brabant Water hadden de oplossing in huis: aquathermie. Dat principe - koude en warmte uit water gebruiken om gebouwen duurzaam te koelen en verwarmen - is niet nieuw. Maar de schaal waarop dat hier in Eindhoven gebeurt, is dat wél.”

Eric van Griensven, directeur Bestuurszaken Brabant Water: “Nergens in Brabant hebben we  zo’n grote kans op het vlak van warmte-uitwisseling als hier met het zwemstadion. Een deel van het door ons opgepompte grondwater gaat via een warmtewisselaar naar de warmtepompen van het zwemstadion. Hier wordt een klein beetje warmte uit het water gehaald en afgegeven aan het zwemwater en de verschillende ruimtes. Vervolgens wordt het water op het waterproductiebedrijf gezuiverd om weer als drinkwater naar onze klanten te kunnen gaan.”